top of page
PSF_8069 - kopie - kopie.jpg

JOURNALIST MENNO VAN DEN BOS: ‘SERIEUZE MEDIA VERSPREIDEN SOMS FOUTIEVE INFORMATIE EN DAT HEEFT CONSEQUENTIES’

15 september 2023

Journalist Menno van den Bos schreef veel artikelen over desinformatie en complottheorieën voor onder andere NRC. Hij deed verslag van onjuiste informatie die op sociale media rondging en de keerzijde van dat Instagramaccount Cestmocro een grote groep jongeren bereikt met nieuws. Toch ziet hij ook dat ‘serieuze media’ soms onjuiste informatie verspreiden. ‘Dat is misschien nog wel schadelijker.’

Journalist Menno van den Bos: ‘serieuze media verspreiden soms foutieve informatie en dat heeft cons: Nieuws

Dat de coronapandemie voorbij is, betekent niet dat complottheorieën de wereld uit zijn. Recent voerden het Nederlands Jeugdinstituut en het Verwey-Jonker instituut twee onderzoeken uit in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken. Uit de onderzoeken blijkt dat jongeren meer wantrouwen hebben richting de overheid, waaruit ook complottheorieën ontstaan. Jongeren zouden onder meer geloven dat de overheid een elite is die dubbele belangen heeft. Jongeren zouden op sociale media gehoor voelen voor deze theorieën.


De onderzoeken zijn gebaseerd op verdiepende gesprekken met 38 jeugdprofessionals en vragenlijsten ingevuld door 84 jongerenwerkers. Jongeren geloven bijvoorbeeld dat de overheid bestaat uit een elite met dubbele belangen. Die theorieën komen volgens een van de onderzoekers van een van de rapporten doordat tijdens de coronacrisis liet de overheid zien dat het daadkrachtig kan optreden, door bijvoorbeeld bepaalde maatregelen in te voeren. Die daadkracht missen de jongeren op het gebied van de klimaatcrisis, de wooncrisis en de problemen rondom de studieschulden.


Toch zijn jongeren niet als enigen gevoelig voor deze theorieën op sociale media. Journalist Menno van den Bos zag dat ook ‘serieuze media’, waarvan je verwacht dat ze betrouwbaar zijn en juiste informatie berichten, soms onjuiste informatie verspreiden op basis van berichten op sociale media. ‘Ik denk dat ‘gewone media’ ook vatbaar zijn voor foutieve informatie. Soms creëren media een hype die er helemaal niet is of ze baseren zich op een berichten die op sociale media rondgaan. Die fouten worden nog te veel gemaakt voor media die je serieus zou moeten kunnen nemen.’


Dus je zegt dat ‘serieuze media’ ook foutieve informatie verspreiden?

‘Soms wel ja. Ik denk niet dat ze foutieve informatie willen verspreiden, maar ik denk dat media soms gevoelig zijn voor berichten die viral gaan op sociale media.

Heb je daar een voorbeeld bij?

‘Kenniscentrum Rutgers organiseerde dit voorjaar ‘de Week van de Lentekriebels’, dat is seksuele voorlichting voor kinderen op basisscholen. Op sociale media gingen berichten rond dat jonge kinderen heel expliciete seksuele voorlichting op school kregen. Dat was allereerst gewoon echt niet waar. Je kan natuurlijk vinden dat kinderen op de basisschool geen seksuele voorlichting zouden moeten krijgen, maar dat is echt wat anders dan dat kinderen lessen zouden krijgen over orale en anale seks.’


Maar die verhalen gingen dus wel rond op sociale media?

‘Ja, door bepaalde influencers die sowieso al een beetje complotachtige ideeën uithangen over LHBTIQ+. Maar na een tijdje verschenen er artikelen bij de ‘serieuze media’, bijvoorbeeld bij Hart van Nederland dat ouders bezorgd zouden zijn over de expliciete seksuele voorlichtingslessen die zouden worden gegeven op basisscholen. Er werd bijvoorbeeld een ouder geciteerd en die zei: ‘mijn kind van vier jaar oud krijgt lessen over masturberen’. Dat is gewoon niet waar, dus waarom zou je zo iemand citeren. Onderaan dat artikel mocht Rutgers nog even aangeven welke lessen precies zouden moeten worden gegeven.’


Wat was dan wel de goede manier volgens jou?

‘Je kan op zich wel zo’n reactie in je artikel verwerken, maar je moet er dan wel meteen bij zeggen dat het niet klopt. Anders gaan mensen denken dat het klopt wat dat citaat zegt. Je gaat toch ook niet iemand citeren die zegt dat gras blauw is, zonder erbij te zeggen dat dat niet klopt? Het is veel te ongenuanceerd om gewoon even een reactie op te schrijven, zonder daar de feiten tegenover te zetten. Er is een hele simpele vraag, maar heel veel journalisten vergeten die soms te stellen: klopt het wel wat ik hier zie of hoor?’


Waardoor komt het volgens jou dat media zo te werk gaan?

‘Dat kan door werkdruk komen, dat kan door slecht factchecken komen, dat kan komen door te weinig kennis van het onderwerp. Het kan ook komen door een bepaalde journalistieke opvatting. Journalisten vinden het belangrijk om de ‘gewone mensen’ aan het woord te laten. Dat is ook belangrijk, maar je moet geen uitspraken citeren die niet kloppen, zonder daar tegenwicht tegen te bieden. Dat is geen zuivere journalistiek. Het heeft namelijk echt consequenties.’


Wat zijn de consequenties precies?

‘Nou er zijn verschillende medewerkers van Rutgers bedreigd. De Instagrampagina Cestmocro had een bericht geplaatst over seksuele voorlichting op basisscholen, met een plaatje van een leerkracht die een penis en vagina op het bord tekent. Die docent is ook bedreigd. Dat was echter een plaatje van een docent op het voortgezet onderwijs. Maar de informatie bij het Instagrambericht kwam uit het artikel van Hart van Nederland.’


Er is aan Hart van Nederland om een reactie gevraagd op deze kritiek. De online redactie van Hart van Nederland zou contact opnemen voor een gesprek, maar hebben na het eerste contact niet meer gereageerd.


Waarom is het belangrijk dat de ‘serieuze media’ zo goed letten op hun manier van werken?

‘Bepaalde media hebben nog een soort van autoriteit. NRC of De Volkskrant hebben meer autoriteit dan Ongehoord Nederland. Terecht ook, wij zijn ook beter. Maar dat betekent dat we ons ook aan bepaalde standaarden moeten houden. Als in een opiniestuk in een kwaliteitskrant allerlei onzin wordt geroepen, dan is dat misschien nog wel schadelijker dan wanneer Ongehoord Nederland dat doet. Van Ongehoord Nederland weten mensen wel dat daar foutieve informatie wordt verspreid. Dat verwachten mensen, wat het overigens niet minder fout maakt hoor. Maar wat in een mainstream krant staat, is veel geloofwaardiger en een grotere groep mensen zal dat ook serieus nemen. Dan moet de informatie dus ook kloppen.’


Heb je weleens een collega van je betrapt op het verspreiden van foutieve informatie?

‘Heel vaak. Geen directe collega’s hoor. De keren dat het gebeurt, stuur ik de desbetreffende journalist even een berichtje dat er nog even iets gecheckt moet worden. Het kan soms ook gebeuren dat je iets vergeet goed te checken of soms zit er heel veel haast achter. Waar ik wel moeite mee heb, is dat sommige journalisten op X (voorheen Twitter) iets retweeten van schimmige bronnen. Dan denk ik van: je weet in je werk hoe je iets moet factchecken en hoe je bronnen moet controleren. Maar ’s avonds op X met een wijntje op valt dat allemaal weg en ga je gewoon van alles retweeten. Je bent nog steeds journalist, dus gedraag je daar ook naar.

Journalist Menno van den Bos: ‘serieuze media verspreiden soms foutieve informatie en dat heeft cons: Tekst
bottom of page